Kasteel Lekstroom 2 verliest nipt van Zeist 2.
Met dank aan Joost Rigter!
Na de kansrijke thuisnederlaag in de 1e ronde SOS competitie reisden we vol goede moed in de spelersbus van Koen (we zoeken nog een sponsor voor de belettering) af naar Zeist. Helaas een 2e nederlaag, maar wel een ver-5-voudiging van onze score! Nog één blunder minder en we gaan matchpunten scoren!
Hierbij de memoires van onze spelers.
Bord 1: Henny.
Ik kwam weer goed uit de opening in een Damegambiet (na enige omzwervingen). Na dc4x nam ik bezit van het centrum. Na een 15-tal zetten dacht ik mijn stelling te verstevigen met een dame-uitval. Dit kostte me uiteindelijk een pion. Ik had geen zin om te keepen en offerde nog een pion. Met tactische dreigingen moest mijn tegenstander Wouter van der Bilt (Elo 1928) secuur spelen. Een vrijpion op de d-lijn rende naar promotie, maar kon nog net op tijd door mijn tegenstander gestopt worden. Ook de dreiging van eeuwig haalde hij uit de stelling, zodat ik in een nederlaag moest berusten.
Bord 2: Feike.
Na 1. e4 koos ik voor Siciliaans met opbouw c5, Pc6, e6 en d5. Wit schoof door naar e5, zodat er een soort Frans-Siciliaanse structuur ontstond. Door een lichte combinatie woon ik een schijf en oefende lange tijd druk op via de open f-lijn, maar slaagde er niet in om mijn voordeel te verzilveren. Computerprogramma Fritz zag nog wel mogelijkheden voor een kansrijk eindspel, maar mijn eenvoudig menselijk brein zag dat niet, bovendien had ik niet zo veel bedenktijd meer.
Bord 3: Joost.
Na de 1e zet van zwart was ik uit de theorie. Althans de mijne, want het bleek later 11 zetten diep de Semi-Tarrasch variant van het Engels met 5. e3 Pc6 te zijn. Helaas blunderde ik op de 14e zet waarna ik na nog 8 zetten spartelen een 0 moest noteren.
Bord 4: Ben.
Bord 4 met wit leek voorbereid tegen Ben’s Franse verdediging gezien de snelheid waarmee hij zette, maar speelde het ongebruikelijk Pf3-e2 wat onze man direct kansen gaf op de damevleugel met c5 en b6 waardoor Lc8 direct via a6 in ‘t spel kwam. Wit’s koningsaanval kansen “op afstand” met Lb1, Lc1, Dd2 kreeg daardoor geen (enkele) kans. Ben kreeg nl. dreigend spel via de c-lijn, anderzijds loerde wit omdat aanvallen moeilijk zou worden op remise via de open b-lijn waarna Ben besloot dat zelf maar te forceren met Dc1+ en Df4+ (ook omdat beide spelers doorhadden hoe de hazen lopen). Klinkt allemaal simpel maar de uitvoeringen vereisten wel massa’s denkwerk.
Bord 5: Koen.
Ik opende met 1. e4, en zwart koos voor de Siciliaanse verdediging. Na een rustige opbouw koos ik voor een ongewone zet, B3. Zo fianchetteerde ik mijn loper op b2 en bereidde ik een aanval op de koningsvleugel voor met later Tg1. Zwart leek druk te zetten op de damevleugel, maar ik bleef geduldig en probeerde in het middenspel de overhand te krijgen.
Op zet 26 bood mijn tegenstander remise aan, maar ik voelde dat ik betere kansen had en ging door. Helaas zag ik 1 zet na dit aanbod de zet Dg3 over het hoofd, wat een winnende positie voor mij had kunnen betekenen. Dit frustreert me enorm achteraf.
Zet 33 heb ik lang nagedacht over f4 of Dc7 met een fork op de dame na QxQ, gespeelde Qc7 bleek een blunder en f4 bleek de beste zet…..
Uiteindelijk bood ik zelf remise aan op zet 47 met niet veel tijd meer op beide klokken, en mijn tegenstander accepteerde het, achteraf bleek dat hij winnend stond wanneer loper het paard had geslagen. Het was een partij vol kansen, maar het missen van Qg3 blijft een zure nasmaak geven. Al met al niet geheel ontevreden met remise, en weer een paar wijze lessen rijker.
De partij: https://lichess.org/serugrLd/white
Bord 6: Efraïm
Na een wissel met Koen van bord 5 naar bord 6 kon Efraïm met zwart reageren op de D4 opening met PF6 en E6 om zo wederom in het Nimzo-Indian terecht te komen. De tegenstander dacht er echter anders over en bracht eerst zijn loper (naar F4) en paard (naar C3) naar buiten. Hiermee bestond de mogelijkheid om richting de Queens Gambit te bewegen, echter na E3 besloot Efraïm eerst het paard te pinnen met de loper op B4. Wit negeerde de pinning en speelde paard F3, waarna het paard van zwart centraal gepositioneerd op E4 een bedreiging vormde. Wit reageerde met Dame D3 om zo geen pion achter te komen. Aangezien Efraïm 2 weken geleden verloor door een zwakke koning-positie, volgde eerst O-O (wat achteraf de enige misser van de wedstrijd bleek). Wit kon hiermee immers het paard op E4 aanvallen met Paard D2. Na het afruilen op D2, bracht Efraïm zijn paard naar D7 en kon wit de loper wegjagen met A3 en B4. Nadat de pionnen op de damesvleugel doorgeschoven werden besloot Efraïm de positie te openen met CXD4, gevolgd door EXD4. De D4 pion van wit werd vervolgens een doelwit om achteraan te gaan. Wit verdedigde met Dame en Toren, waarna het paard van C3, weggezet werd naar A2? (achteraf verklaard door de tegenstander met het idee om in 4 stappen richting het centrum te komen). Tot dan was de positie nagenoeg in evenwicht, maar met een verdediger minder in het centrum sloeg Efraïm toe door de positie verder te openen. Na het afruilen op E5 van verschillende stukken blunderde wit door de pion op E5 te pakken en daarmee zijn loper onverdedigd achter te laten. Deze blunder werd gelijk afgestraft en niet veel later werd de partij opgegeven door wit. Uiteindelijk was een nauwkeurigheid van 90,3% genoeg om de eerste overwinning voor Kasteel 2 binnen te slepen.
Analysebord en PGN-editor – Chess.com (link weggevallen: vraag even aan Efraïm)