Eerste SOS-team begint seizoen ongeslagen

Het eerste team SOS begint het seizoen ongeslagen 

Op 30 september mocht ons eerste team Vegtlust 1 thuis ontvangen. De teamindeling was op voorhand gemaakt, maar rekening houdende met een griepje van Peter, werd er besloten om met Wim van bord te wisselen (hoe dit uitpakte leest u later). Het was nog even spannend of we op tijd konden beginnen, omdat er nogal wat technische probleempjes waren die de liveborden, die we als SVKL voor het eerst hebben gebruikt in de externe, met zich meebrachten. Hieronder volgt een verslag van de wedstrijd: 

Erik van Dijk – Colijn Wakkee (bord 1) ½-½  

Colijn trof voor het derde jaar op rij met zwart dezelfde tegenstander, en was er nog niet in geslaagd een partij te winnen. Ook nu zat er niet meer in dan een puntendeling. Wit had vrijwel de gehele partij het initiatief, maar kon niet doordrukken. Er waren enkele kansen om dat wel te doen, zoals hier: 

33. Td6+ Kxe5 34. Td7? (hier won 34. Tg6 een belangrijke koningsvleugelpion; 34…Tf7 25. Tg5+) 34…g5 35. hxg5 Txg5 36. Kf3 Tf5+ 37. Ke3 Tg5 en herhaling van zetten.

Pieter Molendijk – Maarten Post (bord 2) 1-0 

In deze Siciliaanse partij koos wit voor een fianchetto met g3 en Bg2, waarna al vroeg druk in het centrum werd opgebouwd. Zwart moest zijn koning op e7 zetten, wat de coördinatie bemoeilijkte. Wit kreeg steeds meer initiatief, won materiaal via actief spel op de damevleugel en bereikte na 20.e5 een duidelijk winnende stelling met sterke aanvalskansen en betere structuur. Qd4 overduidelijk een killer.

Peter van Zelst – Aart Baas (bord 3) 0-1 

Nu volgt de eerste van twee overwinningen die uit de hoge hoed werden getoverd. Onze voorzitter, Aart Baas begon op zet 61 aan dit eindspel met de zwarte stukken, een schijnbaar onmogelijke opgave, maar wat volgt kan het beste worden beschreven in zijn eigen woorden:  

‘Het begon als een droompartij. Met zwart had ik via het Coloradogambiet binnen tien zetten een centrum dat voelde als een vesting — elke pion op de juiste plaats, de zwartveldige loper heersend over de witte velden. Even leek alles in balans, beheerst, logisch. 

Maar schaken is zelden zo vriendelijk. Langzaam begon de stelling te kantelen, de grip te glippen. De klok tikte genadeloos, en met twee vrijpionnen minder werd het eindspel een gevecht om adem. Toch: waar wanhoop dreigde, kwam activiteit. De torens bleven op het bord, de koning marcheerde mee, alsof hij zelf het commando overnam. 

Rond middernacht, na een reeks wendingen die ik nauwelijks meer bewust beleefde, stond daar één overgebleven zwarte pion op de h-lijn — koppig, onstuitbaar. Onder koninklijke bescherming bereikte hij de overkant.’ 

Giovanni van Basten – Erind Osmani (bord 4) ½-½  

We beginnen deze partij in de eindstelling. De tegenstander bood in deze positie remise aan, en gezien het partijverloop besloot Giovanni deze aan te nemen. Na een comfortabel voordeel op te hebben gebouwd in de opening, verloor hij dat namelijk door een, naar zijn woorden, ‘té simpel idee’ te kiezen. Wat volgde was een initiatief van de tegenstander op de damevleugel dat in meerdere instanties tot een definitief voordeel had kunnen worden vertaald. Gelukkig voor ons gebeurde dat niet, mede door goed verdedigend werk van Giovanni uiteraard. Terug naar de eindpositie, er is eindelijk weer licht aan het eind van de tunnel voor wit. De vraag aan het publiek luidt: zou u doorspelen of de remise aanpakken? 

Erwin Bensdorp – Pepijn van Mourik (bord 5) 0-1 

We zijn aangekomen bij klein wonder nummer 2. Pepijn, ondertussen gerenommeerd voor zijn sjacheraars-praktijken heeft het weer gedaan: 

In de Siciliaanse Taimanov-variant ging zwart namelijk behoorlijk de mist in met 7…Lg7?? De partij ging verder met 8. Pcb5 Db8 9. Pxc6 bxc6 10. Pd6+ en de stelling was verloren voor zwart. 

De ommedraai kwam in deze stelling. Zwart moest pg6 spelen om niet mat te gaan op f7. Wit kon echter niet cashen op c8 want dan haal je de angel uit de stelling. Wit moet immers uitkijken op b2 en ook de koning staat nog steeds in het midden. De partij volgde met 15. Pxc8?? Kg8 16. Pd6?? Dxb2 

Nu krijgt zwart de tempo’s waar hij al 8 zetten op wacht en kan slaan op b2. Waarna wit een toren en een loper moet inleveren hierna werd ook opgegeven werd. De partij eindigde met 17. Db1 Dc3+ 18. Dd2 Dxc5 19. Lc4 De5+.    

Wim Huijbregtse – Lucas Siero (bord 6) 1-0 

In een versnelde draak is na 16 zetten nog weinig aan de hand. Een logische zet lijkt hier e6. Zwart speelde echter Pa5, waarna het paard verloren ging door Lb6. Na afruil van de zwartveldige lopers kon wit de druk langzaam opvoeren en een sterke loper posteren op f7, gesteund door een pion op g6. Het werd voor zwart steeds moeilijker om de juiste zetten te vinden en toen wit met de toren kon binnenvallen op de onderste rij was mat niet meer te voorkomen.  

Sven van der Vliet – Kevin van der Weijden (bord 7) ½-½  

Deze partij heeft niet veel goeds af te doen aan de remise reputatie van het London-systeem. Na het op de meest agressieve wijze te ontvangen met een vroege c5, bleef de balans gedurende de hele partij stabiel tussen plus 1 en min 1. De climax werd bereikt in de eindstelling, die u hier links ziet. Wit staat 1 pion voor en wordt door Stockfish gezegend met +0.2. De tegenstander had op dit moment echter minder dan 3 minuten van zijn tijd over, tegen de ruim 40 minuten van Kevin. Gezien de positie en wedstrijdstand was de remise welkom (dit was namelijk het 4½e punt).  

Peter Houwink – Andre Lindenbergh (bord 8) 1-0

Peter op bord 8 speelde met wit het Catalaans. Op zet 8 sloeg zwart op c4: 

Eén gratis pion bleek niet voldoende voor zwart. Na 9. Dc2 sloeg zwart op d4 met 9…Pxd4. Zwart staat nu twee pionnen voor maar krijgt veel tempi tegen waarmee wit zich ontwikkelt. Na zet 17 zag het bord er zo uit. Wit is aan zet. 

Een mooie puzzel want met een mooie combinatie kan wit hier materiaal winnen. In de partij werd die combinatie niet gevonden maar bleef wit druk uitoefenen op de zwarte stelling. Zwart bleef passief en de pionnen werden teruggewonnen. Wat is de beste zet voor wit in de stelling hieronder? 

Natuurlijk, direct weer een pion offeren. 33. d6+! is de zet die wit naar winst leidt in dit eindspel. Met het vervolg 33…Kxd6 34. Td4+ Ke7 35. Tc7 Tgf8 36. Lxb7 (nog beter is Le4) Ke6 37. Lxa6. De a- en b-pion van wit zijn niet te stoppen. Zwart gaf op.  

Uiteindelijk dus een geflatteerde uitslag, maar wel een positieve. Het doel is duidelijk; kampioenschap, maar we moeten als team nog wel bijschaven om niet meer afhankelijk te zijn van enige gelukjes hier en daar. Hopelijk zal de volgende wedstrijd net zo overtuigend zijn in de uitvoering als in het resultaat.

Kevin van der Weijden / Colijn Wakkee 

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.