De Degradatie van Kasteel Lekstroom KNSB
De laatste wedstrijd tegen Hoogland 1 ging om niets. Wij waren al gedegradeerd, Hoogland kon nog tweede worden met een goede uitslag, maar meer ook niet, dus het was echt om des keizer’s baard.
De eerste uitslag was al zo’n twee-en-een-half-uur voor de wedstrijd begon bekend. Een speler van Hoogland was verhinderd, en een invaller regelen voor een wedstrijd die er niet meer toe doet, op het laatste moment voor een betrekkelijk verre uitwedstrijd voor de vijfde klasse, is een rotklus, en derhalve werd er besloten door Hoogland om bord 2 maar leeg te laten. Aart speelde een vunzige randzet (1. h3) en dat was dat.
Als tweede was Jan Jansen op bord 3 klaar. Remise, om het stereotype maar eens te bevestigen, maar alleen de laatste twee ronden waren remise bij hem. Deze keer zat er in de Nijlpaard nog voldoende in, maar dat was voor de analyse. Snel daarna was het ook bij Sierd op bord 6 remise, wat niet had gehoeven na een zet of tien in een bekende opening die op het punt stond om te ontploffen. Naar later bleek was dit ook mooi +1.2 volgens Stockfish, dus een goed remiseaanbod van de speler van Hoogland dat eigenlijk niet aangenomen had moeten worden.
En toen… Toen ging het minder goed. Fereydoun viel in op bord 7, en was al de hele tijd bezig met zijn tegenstander overspelen in een Siciliaan. Een prachtige aanval over de damevleugel met veel te veel druk, half-open lijnen, en een stelling waar de vingers bij afgelikt mochten worden. Helaas zette hij zijn paard op zo ongeveer het enige veld neer waar het niet mocht staan, en dat kostte meteen dat paard en meer. Één zet van winst tot opgave. Letterlijk.
Arie draait niet lekker dit seizoen, en in een Volgagambietje kwam hij er eigenlijk nooit aan te pas op bord 4. De verdedigende manoeuvres waren te laat, en de typische vrijpion van zwart wist uiteindelijk door te lopen na een hoop thematisch ruilen en druk zetten. En dus kwamen we achter.
Rick draaide begin dit seizoen ook niet lekker, maar deze keer leek het wel te gaan. Toen keek uw scribent even niet, en een paard tegen loper eindspel met een verre vrijpion minder zou je toch negatief inschatten, zelfs al was het een randpion, maar de weg naar de winst werd door de Hooglandspeler niet gevonden. Een dankbaar halfje voor ons en een zwaarbevochten halfje voor Rick op bord 5 was dan ook het resultaat, waardoor we nog kansen hadden om met punten weg te lopen.
Colijn zat op bord 1 en wist te winnen. Beetje in de lijn der verwachtingen, maar de reis gedurende de partij was hier veel vreemder dan het uiteindelijke resultaat. Paarden op a5 en b4 bij korte rokades, een stelling die gewoon niet des-Colijns aan elkaar hing, en bijna meer vreemde varianten dan er startvariaties in Fischer Random zijn, zo bleek in de analyse. Uiteindelijk werd er ‘gewoon’ een stuk gewonnen, maar de analyse ging nog lang door en had vele kansen over en weer.
En dan Philips op bord 8. Begon goed. Stond goed. Maar toen kwam hij zijn grootste tegenstander tegen… De klok. Door groot tijdverbruik in het tweede uur kwam hij nog voor ver voor de tijdcontrole in de problemen, waardoor er ergens een kwaliteit afging. Dit was echter niet zonder tegenstoot, en lang was er een hoop dreiging op een tochtige zwarte koning, maar toen de dames van het bord verdwenen was het helaas over.
En dus was het, voor de vijfde wedstrijd op rij, een wedstrijd waarin tijdens de echte partijen 2.5 bordpunt werd gehaald – de N.O. en 1-0R van Aart deze ronde dus niet meegeteld. En dat is gewoon niet voldoende. Qua individuele scores waren het ook alleen Colijn (4.5/6), Aart (5/7 – 4/6 zonder de N.O.), en Jan (3/6) die een boven of op de 50 % bleven van de reguliere spelers. En dan degradeer je gewoon.
Volgend jaar dan maar promoveren.